Wie maakt het licht?

Preek over Micha 2

Inleiding

[dia 1]

Wie maakt het licht? In deze donkere dagen voor kerst. Positieve toekomstverwachting is ook moeilijk – zoveel protesten zijn er de afgelopen tijd geweest. Er is zoveel onzekerheid – nieuwe machten als Rusland en China komen op.  Amerika heeft richting verloren, er is angst voor moslims, voor grote tech bedrijven, die machtiger lijken dan nationale overheden. De toekomst van de aarde, het milieu. Hoe redden we de aarde? En wat zal economisch het gevolg zijn van al die maatregelen die genomen worden om de aarde te redden ? Je zou er somber van worden.

Wie maakt het licht? Moeten we ons verstoppen bij de gezellige lichtjes van de kerstboom? Of zou het echt nog licht in deze wereld worden?

Wat kunnen we vanochtend van Micha leren? Heeft hij een bemoedigend woord voor ons? Het lijkt er niet gelijk op.

[dia 2]

Hij zegt:

  • ‘Wee hun die kwaad in de zin hebben en op hun bed boze plannen smeden.’ (2:1)
  • ‘Over dit volk zal ik onheil brengen, een onheil dat jullie niet kunnen afschudden en waaronder jullie gebukt zullen gaan. Er wacht jullie een tijd van verschrikking!’ (2:3)

[dia 3] Kan het niet ergens anders over gaan?

Moeten we dit nu uit de Bijbel lezen? Moeten we daar over nadenken? Ik krijg al gauw buikpijn van mensen die alleen maar slecht nieuws hebben. En van beschuldigingen krijg ik geen goed gevoel. Ik heb zelfs de neiging om dat niet helemaal serieus te nemen ‘wee’, ‘pas maar op.’ Eerlijk gezegd geloof ik meer in positieve aanmoediging van mensen dan veroordeling. Ik vind dit dus lastige woorden. Eerlijk gezegd: het is dat deze tekst op het Adventsrooster stond dat we dit jaar volgen, anders had ik hem niet uitgekozen.

Misschien herken je dat ook wel. Misschien zeg je: ja, maar dit staat toch in het OT. Intussen is Jezus toch gekomen? We zijn toch vrijgesproken van het oordeel? We moeten toch het goede nieuws horen?

Tja, dat lost het niet op denk ik. Ook in het Nieuwe Testament kom je woorden van oordeel tegen. Jezus zelf zegt het op een gegeven moment ‘wee jullie rijken’ en ook Jakobus schrijft dat.

Misschien moeten we toch maar even luisteren.

Kan het niet ergens anders over gaan? [dia 4]

En aanvaarden dat er woorden in de Bijbel staan die ons niet zo liggen. Dat was in Micha’s tijd ook al zo.

6‘Houd op,’ zeggen zij, ‘houd op met dat geprofeteer! Komt er nooit een eind aan die beschimpingen? 7Zou dit het zijn wat het volk van Jakob is aangezegd? Verliest de HEER zo snel zijn geduld, zouden dit zijn daden zijn?’

Ze zitten er niet op te wachten. En het is niet fijn om oordeel aan te kondigen. Mensen horen liever andere profeten. Micha maakt er een soort cartoon van:

11Als er iemand was die niets dan wind en valse leugens verspreidt en profeteert: ‘Ik zie wijn en drank,’ dan zou dat voor dit volk de ware profeet zijn!

Het is echt het Woord van God

[dia5]

Laten we dus toch maar proberen te luisteren. Misschien hebben deze woorden ons vandaag ook nog iets te zeggen. En laten we vooral niet vergeten dat dit ook goed nieuws is. Want natuurlijk is dit goed nieuws voor de mensen die onderdrukt worden. Die lijden onder het kwade: het kan niet altijd zo doorgaan. Gods oordeel is voor hen goed nieuws. En Gods woorden wijzen de goede weg – het is goed ook voor je leven hier en nu om Gods weg te gaan. Hoe lastig soms ook – je kunt soms ervaren dat het leven er beter van wordt. We zeggen bijvoorbeeld ‘Het is beter te geven dan te ontvangen zeggen’. Je ervaart dan wat hier staat:

 7b Betekenen mijn woorden dan geen voorspoed voor wie de rechte weg gaat?

We proberen vanochtend dus ook naar de harde woorden te luisteren.

[dia 6] …wee hen die kwaad doen

1Wee hun die kwaad in de zin hebben en op hun bed boze plannen smeden. Al in het ochtendgloren brengen ze die ten uitvoer, dat ligt in hun macht. 2Willen ze een veld? Ze roven het! Willen ze een huis? Ze nemen het! Ze maken zich meester van huizen en hun bezitters, van mensen en hun eigendom…

8 Steeds weer stelt mijn volk zich vijandig op tegenover al wie vredelievend is. Nietsvermoedende, vreedzame voorbijgangers worden van hun mantel beroofd. 9Jullie verdrijven de vrouwen van mijn volk uit de huizen waarin zij gelukkig zijn. Jullie ontnemen hun kinderen voor altijd de luister waarmee ik hen heb bekleed.’

Het onrecht dat Micha hier beschrijft gaat over wat mensen andere mensen aandoen. Als ze wakker worden bedenken ze slechte plannen en zodra het dag wordt gaan ze ze uitvoeren. Huizen, akkers ze pakken ze af van anderen. Daarbij moet je bedenken dat volgens de wetten van Israël elke familie haar eigen akker als erfdeel van God gekregen had. Het land was eigenlijk niet van de mensen, maar van God zelf. En hij had het eerlijk onder de mensen verdeeld. Als je als familie door schulden en problemen je land kwijt raakte, mocht dat nooit van lange duur zijn, maar moest je het land ook weer terugkrijgen. Het was dus nooit de bedoeling dat sommigen heel rijk werden en anderen bijna niets hadden.

Maar het gaat nog verder dan alleen akkers verzamelen: Jassen worden afgepakt, vrouwen worden uit hun mooie huizen gejaagd en kinderen zijn niet langer kind. Ze worden beroofd van de luister waarmee ik hen heb bekleed. Het unieke, mooie ontwapenende van kinderen die zich nog nergens zorgen om maken wordt hen afgenomen. Ze zijn geen kinderen meer.

De hebzucht van degenen die s ochtends in bed kwade plannen bedenken, maakt hun leven kapot.

[dia 7] Wie zijn dat?

Misschien denk je hierbij aan het verhaal aan Naboth, de buurman van koning Achab en koningin Izebel in Israel. Achab wilde zijn wijngaard hebben, maar Naboth weigerde die te verkopen, omdat het zijn familie-erfdeel was. Toen zorgde Izebel ervoor dat Naboth vals beschuldigd werd en daarom de doodstraf kreeg en toen kon Achab de wijngaard inpikken.

Zegt dat ons nog iets? Ik moet denken aan huisjesmelkers, investeerders in vastgoed, die steeds meer huizen kopen bv. in Amsterdam wat ervoor zorgt dat voor gewone mensen huizen daar onbetaalbaar zijn geworden, maar zij veel geld verdienen met die huizen. Zou dat ook niet gelijker verdeeld moeten worden. Gewoon: iedereen een huis?

Maar er zitten hier maar weinig vastgoedinvesteerders in de kerk. Zou dat dan niet over ons gaan?

[dia 8]

Ik denk dat het ook over ons kan gaan. Kijken we nog even naar het Bijbelgedeelte met de beschuldigingen. Wat is het centrale punt? Niet dat er akkers of huizen worden geroofd, maar dat degenen die kwaad doen iets willen en ze nemen het. En dat maakt de levens van anderen kapot. Ik wil het, ik neem het.

Willen ze een …? Ze nemen het!
Jullie ontnemen hun kinderen voor altijd de luister waarmee ik hen heb bekleed.

Daar kun je zomaar beelden bij zien die ons allemaal aangaan.

Wil het, neem het! Zo zit onze wereld nog meer dan die van Micha in elkaar. Als ik iets wil pak ik mijn computer, mijn telefoon erbij, ik bestel het en ik heb het. Wil je het, neem het dan. Koop, koop, koop. Je verlangen naar nieuwe spullen wordt steeds weer gevoed door reclame, black Friday, sinterklaas, kerstcadeautjes. Wil je het, koop het, neem het.

[dia 9]

Maar ten koste van wat. Voor dat glanzende nieuwe mobieltje dat jij koopt, kan het goed zijn dat kinderen in slechte omstandigheden hebben moeten werken. De foto rechts op de beamer toont geen kinderen die spelen in de zandbak, maar kinderen die werken in een coltanmijn. Er zijn rapporten dat kinderen van 7 ja zelfs van 4 jaar moeten werken in de mijnen in zware, ongezonde omstandigheden.

Is het soms zo dat door jouw en mijn verlangen naar nieuwe gadgets en spullen kinderen van hun luister worden beroofd? Omdat wij zo goedkoop en zo goed en zo nieuw mogelijk willen kopen?

En mobieltjes zijn maar een ding: kleding, schoenen is een ander. Ik realiseerde me laatst dat ik mijn kleren niet perse draag tot ze versleten zijn, maar soms ‘moet’ ik wat nieuws kopen, omdat het oude ‘niet meer kan’. Je moet al weer wat nieuws hebben. En het is allemaal niet zo duur. Het kan.

Realiseer je als iets niet zo duur is of goedkoop dat heel waarschijnlijk iemand anders de prijs betaalt: een kind dat voor bijna niets werkt, of volwassenen die veel te lange dagen maken in slechte omstandigheden voor te weinig geld.

Hebzucht – altijd weer meer willen hebben – leidt tot de aantasting van onze wereld, van mensen, dieren, planten, ons milieu.

Heel veel donkerheid van vandaag komt daar uit voort: geweld in Afrika heeft vaak alles te maken met de strijd om grondstoffen. Geweld in het Midden Oosten gaat om olie voor onze auto’s, voor vliegreizen, voor kunststoffen voor onze spullen. Geweld in Afrika en het Midden Oosten komt voort uit een tekort aan water, veroorzaakt door klimaatverandering.

Als maar meer willen hebben heeft veel donkerheid gebracht.

[dia 10]

3Daarom – dit zegt de HEER: Over dit volk zal ik onheil brengen, een onheil dat jullie niet kunnen afschudden en waaronder jullie gebukt zullen gaan. Er wacht jullie een tijd van verschrikking! 4Dan zal dit over jullie worden gezegd, dan zal deze weeklacht klinken:

‘Het is voorbij!’ zal men zeggen.
‘We zijn reddeloos verloren.
Ons erfdeel wordt verkwanseld,
het wordt ons ontnomen,
ons land onder afvalligen verdeeld.’

5Daarom blijven jullie achter wanneer het volk van de HEER het land verdeelt. Niemand zal voor jullie het lot werpen wanneer het meetlint wordt gespannen.

10Sta op, ga weg, hier zul je geen rust vinden. Dit land is onrein, het brengt bederf en vreselijke vernietiging.’

Zou het kunnen dat in al die donkerheid in deze tijd ook iets van Gods oordeel doorklinkt? Dat al die heftige dingen die gebeuren, omdat wij aan een aarde niet genoeg hebben, dat God daarin ook aan het werk is? Dat je daardoorheen ook zijn stem kunt horen: zo kan het niet langer?

Verschillende niet-christenen hebben zo’n oordeel aangevoeld. Karl Marx, zei tegen de kapitalisten in zijn tijd dat het zover zou komen dat zij al hun rijkdom zouden kwijtraken, omdat de armen – het proletariaat – de macht zouden overnemen. Cabaretier Youp van t Hek – niet gelovig volgens eigen zeggen – zei jaren geleden dat als er een God was, dat het dan duidelijk was dat er een grote omkering zou komen: de arme Afrikanen die nu omkomen van armoede, zouden het goed krijgen en wij zouden alles kwijt raken.

En dat zijn inderdaad ook Bijbelse beelden – God gaat alles recht zetten. ‘Gelukkig de armen’, zegt Jezus meerdere keren. Jezus leefde zelf als een mens die geen plek had om zijn hoofd neer te leggen en stierf een ellendige dood als een arm naakt mens.

Dat zegt iets over de richting die de Bijbel wijst. Zoek je geluk in je leven niet in steeds meer spullen, maar ergens anders.

[dia 11]

Maar misschien zeg je ook wel: Hoe dan? Ook als ik niet kies voor steeds weer meer wil hebben, moet ik af en toe toch dingen kopen – kleren, een telefoon, benzine. En werk ik mee aan het onrecht. Je kunt je er niet helemaal aan onttrekken. En de donkerheid in de wereld kun je niet oplossen.

En toch zal er ook redding komen

Dat is ook zo. Je kunt gaan lopen in de richting van het Licht, maar alle duisternis in de wereld verdrijven gaat je niet lukken.

[dia 12]

De mensen in de tijd van Micha die wilden luisteren naar zijn woorden konden de dreiging niet afwenden. Uiteindelijk zou Jeruzalem veroverd worden. Maar – dat is heel opvallend – na al die woorden van aanklacht en veroordeling en dreiging eindigt Micha 2 heel anders. Alsof God zegt: ik zal zelf wel ingrijpen. Ik laat jullie niet aan je lot over

12Ik zal je bijeenbrengen, Jakob, je in je geheel bijeenbrengen.
Ik zal verzamelen wat er van Israël over is, ik zal het verzamelen.
Ik zal ze samenbrengen als schapen en geiten
binnen de omheining, als een kudde in de wei;
het zal daar gonzen van de mensen.
13Hij die een bres slaat gaat voorop,
ze breken uit, ze trekken door de poort,
ze gaan erdoor naar buiten.
Hun koning gaat hun voor,
de HEER gaat aan het hoofd.’

Heel Jakob zal verzameld worden. Het volk wordt weer compleet. Al gaat het om wat er over is van Israël na het oordeel. De Goede Herder zal hen bij elkaar brengen. Ze zullen langs de vijand trekken. Ze zullen uit het donker trekken naar het Licht.

Het zijn nog geheimzinnige woorden. Niet alle beelden zijn duidelijk. Maar gelijk na die woorden van oordeel klinken toch ook die beloften. Het oordeel dat Micha uitspreekt in zijn tijd is bloedserieus en ik heb geprobeerd te laten zien dat die woorden ook vandaag ons een spiegel voorhouden. En tegelijk – zonder dat helemaal duidelijk is hoe – belooft God ook: ik laat jullie niet alleen in het oordeel. Ik red jullie uit het oordeel. Ik breng Licht in deze wereld. Zoek het Licht in wat je doet, in wat je verlangt. Luister ook naar de woorden van God als ze confronterend zijn. En weet daarin: Hij laat ons niet alleen. Hij doorbreekt het kwaad. Hij bevrijdt ons ervan.

Amen