Houden van God

Gepubliceerd in OnderWeg 6-18 (okt 2020)

Houd ik wel van U? Als kind heb ik me dat vaak afgevraagd. Elke zondag hoorde ik ‘Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dat is het grootste en eerste gebod’ . Ik hield van mijn vader en moeder. Van mijn jongste broertje en zusjes. Daar twijfelde ik niet aan. Ik zou ze altijd wel willen vasthouden en knuffelen. Maar houden van U? Dat vond ik maar lastig. En toch, van U moest ik nog meer houden dan van mijn familie. En dus probeerde ik me voor te stellen dat ik U zou omhelzen. Ik probeerde er bijna wanhopig een gevoel bij te krijgen en soms meende ik iets van liefde voor U te voelen, maar meestal vervluchtigde dat toch ook weer. U leek mij ook vluchtiger, minder tastbaar  dan mijn familie.

Later leerde U me dat ik ook moet luisteren naar het vervolg: ‘Het tweede is daaraan gelijk…’ Houden van U is niet in concurrentie met de liefde voor mensen. Integendeel. Juist in de liefde van en voor mensen ontdekken we Uw liefde en leren we U liefhebben. In mijn liefde voor mijn familie hield ik van U, meer dan in dat vluchtige gevoel dat ik op U in de hemel projecteerde. Toch is  daarmee niet alles gezegd. Want U zegt niet alleen ‘heb je naaste lief’, maar ook ‘heb Mij lief’. Wat is dat dan, houden van U? En hoe kunt U ons gebieden om U lief te hebben? Liefde laat zich toch niet afdwingen?

Ik wil in deze beschouwing over deze vragen nadenken. Daarbij ben ik begonnen met een gebed. Het gaat uiteindelijk niet om schrijven over houden van God, maar om God zelf en de relatie tot Hem. Tijdens het schrijven merkte ik dat me in gebed tot God richten wezenlijk anders is dan alleen maar beschouwende zinnen over God opschrijven. Het liefhebben van God gebeurt ook als ik mij bewust op Hem richt. Ik realiseerde me daarbij: God is geen object van mijn liefde, of van mijn gedachten, maar Hij is daarin allang aanwezig en aan het werk. Omdat ik deze beschouwing niet alleen schrijf als een soort zelfonderzoek of gebed, maar toch ook om je als lezer te helpen na te denken over wat ‘houden van God’ betekent, wissel ik beschouwend spreken over God en spreken tot God af.

Wie hebben we lief?

Om te weten wat dat betekent ‘Houden van God’, moet ik weten wie U bent. Als kind zag ik U als een  vage figuur zoals de wolken, hoger dan de blauwe luchten. En dat beeld kon ik nauwelijks liefhebben. Maar dat bent U ook niet. U bent niet vast te pakken, te begrijpen, of te omvatten. U overstijgt onze werkelijkheid en tegelijkertijd bent U overal aanwezig. U bent verder weg en dichter bij mij dan wie of wat ook. Uw goedheid is tot in de hemel, maar ook hier op aarde tastbaar aanwezig.

Niemand heeft God gezien, maar in Jezus is Hij  naar ons toegekomen en heeft Hij zich bekend gemaakt (Johannes 1:14-18). Maar ook Jezus is weggegaan en ook Hij is niet tastbaar aanwezig. Blijft God daarmee dan toch niet op afstand? Gelukkig heeft Hij beloofd ons niet alleen te laten. In het evangelie naar Johannes belooft Hij dat Hij de Geest zendt en dat Jezus  met de Vader bij je komt wonen als je Hem liefhebt. En Hem liefhebben, dat is zijn geboden houden. (Johannes 14:1-25). En zijn gebod aan zijn leerlingen is om elkaar lief te hebben. (Johannes 15:9-12). Hieruit volgt dus dat in de liefde voor elkaar wij aan God verbonden zijn en alleen zo kun je de onzichtbare God kennen, want Hij is zelf liefde (1 Johannes 4:7-16). In de verbinding met anderen kun je dus God ontmoeten en liefhebben. En dus kan Jezus ook zeggen dat als je de zieke, de vluchteling of de arme helpt, je dat voor Hem doet (Matteüs 25:31-46).

Ook al is God ongrijpbaar, je kunt iets van Hem ervaren in de verbinding met elkaar, de praktische liefde voor de ander. Ook in het stilstaan en vieren van wat God doet, heeft gedaan en zal doen, kun je zijn liefde ervaren. Dat kan in kerkdiensten, maar ook door om je heen te kijken in Gods goede schepping en op te merken wat Hij je dagelijks geeft. God liefhebben is God danken voor al het goede.

En toch ontglipt God ons ook. Onze blik is niet zuiver en ons kennen van U is nog beperkt. Onze liefde is te zwak. We wachten nog op het moment dat we oog in oog zullen staan (1 Korintiërs 13:10-13). En dus bidden we als bruid met de Geest mee: ‘Kom!’ (Openbaring 22:7)

Wat is God liefhebben?

Wat God liefhebben is, blijft ondanks al het voorgaande toch een geheim. We kunnen God niet vastleggen, en ook de liefde laat zich niet helemaal definiëren. Toch probeer ik het iets scherper te krijgen. Bij liefhebben kun je denken aan gericht zijn op de ander, er zijn voor de ander, iets voelen voor de ander. Dat zou je gevende liefde kunnen noemen. Belangrijker in onze liefde voor God is echter de ontvangende liefde. Die is niet minder dan gevende liefde. Van een kind hoop je toch vooral dat het zijn ouders liefheeft door hun liefde te ontvangen. Als een (onvolwassen) kind vooral geeft aan de ouders is er iets mis. Ook onze liefde voor God is allereerst en vooral ontvangend.

Zo wordt ook in de Bijbel over de liefde voor God gesproken. Naast het gebod ‘Heb God lief’ staat als negatief ‘vereer geen andere goden’. Juist dat gebod krijgt in het Oude Testament veel aandacht. Daarbij klinkt telkens de oproep aan Israël om zich toe te vertrouwen aan God, van Hem te willen ontvangen wat Hij geeft. Hosea vergelijkt Israël met een vrouw die vreemd gaat en zichzelf daarmee kapot maakt. Terwijl haar man haar alles geeft, geeft zij zelf alles wat ze heeft aan haar minnaars. God vraagt zijn volk om Hem lief te hebben en dat betekent dan vooral te ontvangen wat Hij geeft en erop te vertrouwen dat Hij genoeg zal geven. Ook in het Nieuwe Testament zie je dat het belangrijkste de ontvangende liefde is. Zo noemt Paulus in zijn brieven geloof en liefde vaak in een adem. In het geloven, je toevertrouwen aan God, blijkt ook je liefde voor Hem. Tegelijk zou je kunnen zeggen dat ze hier ook samenkomen: in het ontvangen van Gods liefde, vertrouw jij je toe aan Hem, geef jij je aan Hem.

Geven en ontvangen kunnen niet zonder U te bewonderen. Liefde is danken en vieren wie U bent en wat U doet. Liefde raakt niet over U uitgedacht, uitgepraat en uitgezongen en tegelijk valt liefde stil, omdat alle gedachten en alle woorden voor U tekort schieten. Liefde is eerbied voor de moed en de liefde die U de stervende geeft en bewondering voor de precisie en de schoonheid waarmee U de zwanen schiep. Liefde is in verwondering mijn hand ophouden en Uzelf in brood en wijn ontvangen. In oneindig veel geeft U zich aan ons en bent U te bewonderen.

Gevoelens

God liefhebben is naar Hem verlangen, je aan Hem toevertrouwen en Hem bewonderen. Daar passen emoties bij. Blijdschap om wie Hij is en om de veiligheid die Hij geeft. Maar ook verdriet omdat Hij soms nog zo ver weg lijkt. Bezorgdheid omdat Hij er niet lijkt te zijn, niet lijkt te luisteren. Verbijstering omdat Hij niet lijkt in te grijpen. Veel van die emoties lees je ook terug in de Bijbel, met name in de Psalmen. Maar je kunt ook denken aan het boek Hooglied. De laatste decennia is het gewoonte geworden om dit boek vooral te lezen als een gedicht over de liefde tussen twee mensen. Daar is niets mis mee. Integendeel. Toch is het goed om te bedenken dat het boek zeer waarschijnlijk een plek in de canon heeft gekregen, omdat men het boek allereerst las als een beschrijving van de liefde tussen God en zijn volk. Deze Joodse manier van lezen is vervolgens ook in de geschiedenis van het christendom gevolgd. Dat is geen onderwaardering van seksualiteit, maar vooral een hoge waardering van de liefde tussen God en zijn volk. Die kan vol hartstocht en verlangen zijn.

Maar wat als je dat niet zo voelt? Allereerst is het goed om te bedenken dat het hier niet om liefde tussen God en een mens gaat, maar tussen God en zijn volk. Dat wil zeggen dat de uitingen van diepe liefde en verlangen niet door elke gelovige altijd zo gevoeld worden. Misschien is het ook goed om te bedenken dat Hooglied een ideaalplaatje schetst. Nog lang niet altijd is de liefde zo. Niet tussen twee mensen en niet tussen God en zijn volk.

Verschillende beleving

Soms vang je er al een glimp van op. Maar hoe dat beleefd wordt, verschilt enorm per tijd, cultuur, situatie en persoon. Juichend de tempel binnengaan (Psalm 100) is heel iets anders dan met weemoed en verlangen op God wachten (Psalm 42). Toch zijn het beide uitingen van liefde voor God. Wereldwijd zie je heel diverse manieren om de liefde van God te beleven. De verschillen tussen een traditionele gereformeerde kerk en een Pinkstergemeente in Afrika zijn enorm. Toch zijn er geen redenen om op voorhand aan te nemen dat de één beter uiting geeft aan de liefde voor God dan de andere.

Ook tussen personen zijn grote verschillen. Persoonlijkheidskenmerken en persoonlijke levensverhalen spelen ook een grote rol in de beleving van de liefde voor God. Zoals er in relaties tussen mensen verschillende talen van liefde zijn, is dat ook het geval in onze verhouding tot God. Gary Thomas onderscheidt in zijn boek Jouw spiritualiteit wel negen verschillende ‘spirituele talen’, die hij verbindt aan verschillende persoonlijkheidskenmerken. Als je de beleving en uiting van de liefde van God van anderen als voorbeeld voor jezelf voorhoudt, kun je gemakkelijk het gevoel krijgen dat jij daarin iets belangrijks mist. Het is namelijk heel goed mogelijk dat hun ‘spirituele taal’ in de omgang met God een andere is dan de jouwe. Het is dus ook de moeite waard om na te denken welke manieren om uiting te geven aan je liefde voor God passen bij wie jij bent.

En ten slotte nog deze disclaimer: wees niet teveel bezig met wat je wel of niet voelt. Gevoelens en ervaringen kunnen zo verschillend en zo wisselend zijn. Je daarop richten maakt snel onzeker en kan bovendien afleiden van God zelf of zijn plek innemen. Zelfs Paulus die verheven spirituele ervaringen had, mocht daar niet teveel mee bezig zijn en werd geslagen door een engel van de satan om hem er telkens weer aan te herinneren dat hij niet meer dan de genade van de Heer nodig had (2 Korintiërs 12:1-10). Dat is genoeg.

Gebod?

Kunt U ons gebieden van U te houden? Liefde laat zich toch niet dwingen? Of is dat bij U anders? Want het is absurd om U niet lief te hebben. U bent de Gever van alles wat goed is en leeft. En toch staat U die absurditeit toe. U nodigt ons uit U lief te hebben, maar dwingt niet. U wilt ons overhalen, raken met uw liefde, zodat wij ons eraan overgeven. En dan gebiedt U het ons ook. Zoals een man van zijn vrouw om haar liefde vraagt, vraagt U onze liefde. Leer ons vol vertrouwen ons aan U over te geven. Laat niet toe dat wij U opsluiten in beperkte beelden en wees niet vaag en ver weg, maar open onze ogen voor uw aanwezigheid. Leer ons U lief te hebben in alles wat U geeft. En vooral: Kom!

Bram Beute is redacteur van OnderWeg en predikant van de Bazuinkerk in Kampen.

Samenvatting

Hoe kun je God liefhebben, die onzichtbaar en niet te omvatten is? Dat kan in de liefde voor elkaar, in het verlangen en de bewondering voor wat Hij doet en wat je van Hem kunt waarnemen. Daarbij is het houden van God allereerst een liefde waarin je als mens ontvangt van wat Hij geeft. Uiting geven aan die liefde kan op verschillende manieren. Daarin speelt je cultuur, je situatie en je persoonlijkheid als mens ook een belangrijke rol.

Ik schreef later n.a.v. dit artikel ook een preek hierover.